09 jan K&W in beeld: Rijksmuseum & Aveleijn
In de serie ‘Kunst en Welzijn in beeld’ lichten we Enschedese organisaties uit, die kunst en cultuur inzetten voor het bevorderen van welzijn. We trappen af met Rijksmuseum Twenthe en Aveleijn.
Dat Aveleijn de waarde kent van kunst en cultuur is duidelijk. De Twentse zorginstelling werkt al ruim 50 jaar voor kinderen, jongeren, volwassenen en senioren met een verstandelijke beperking. Hun Bureau Evenementen organiseert het hele jaar een gevarieerd programma met culturele, sportieve en gezellige activiteiten. Ze zoeken bovendien naar mogelijkheden om mensen met een verstandelijke beperking gelijkwaardig te kunnen laten participeren in de samenleving. Rijksmuseum Twenthe is juist op nieuwe manieren bezig om hun bereik te vergroten en kunst ook te laten ervaren door mensen die niet vanzelfsprekend naar een museum gaan.
Kunst & Welzijn ging in gesprek over inclusie met Ellen van Heek (manager Communicatie & Evenementen bij Aveleijn) en Frederike Windhorst (Programmamaker Rijksmuseum Twenthe).
Jullie hebben onlangs samen inclusieve rondleidingen in het museum georganiseerd. Hoe is die samenwerking tot stand gekomen?
Ellen: “Bij Aveleijn is er altijd aandacht voor sociale inclusie. Samen met Concordia hebben we een aantal jaar geleden subsidie gekregen voor het project ‘Iedereen doet mee’. Daarbij maakten kunstenaars met en zonder beperking samen kunst. Ze gingen samen alle stappen in dat proces door. Het mooie van kunst is: het is niet goed of fout. Je hebt op een gelijkwaardige manier inbreng.”
“Ons doel was om te onderzoeken hoe zo’n samenwerking gaat. Hoe is de kennismaking, is er een klik, hoe verloopt de samenwerking? Je zag in het begin best wat ongemak en daar wilden we op inzoomen: wat gebeurt daar en waarom? We ontwikkelden ontmoetingskaarten, zodat het kennismaken makkelijker werd.”
Frederike en Ellen in de binnentuin van Rijksmuseum Twenthe.
Het kaartspel ‘De kunst van gelijkwaardig ontmoeten’, van Concordia en Aveleijn.
“Er deden drie duo’s mee en er was een curator met een verstandelijke beperking. Daarnaast keken teams met ervaringsdeskundigen en medewerkers mee in het proces. Het ene duo had onmiddellijk op alle vlakken een klik. Bij de ander was het aftasten. Dat is menselijk, maar de beperking kan dat bemoeilijken. Cliënten kunnen heel direct zijn en dat zijn anderen niet altijd gewend.”
Waar hebben de duo’s aan gewerkt?
“Bij het eerste duo gaf de kunstenaar een extra dimensie aan het werk van de cliënte. Zij maakt monsters van klei en hij gaf de suggestie om ze op een bepaalde manier tot leven te laten komen. Een ander duo maaktesamen een geweer. In plaats van kogels kwam er muziek uit. Het laatste duo tekende in elkaars tekeningen. Dan begon de een en maakte de ander het af. Drie hele verschillende resultaten, die werden geëxposeerd in een leegstaand winkelpand. Er was veel publiek en de duo’s deden zelf de rondleidingen.”
Was het project een succes?
“Het was een project met veel leerprocessen en daar deden we het voor. In de praktijk zie je dat het toch best lastig is. Je hoopt dat er duurzaam contact ontstaat, maar dat is niet altijd realistisch. We weten uit onderzoek dat vluchtige contacten ook heel waardevol kunnen zijn. Het gaat er omdat je je gezien en gerespecteerd voelt, ook al is dat maar voor een korte periode. Dat doel is zeker behaald.”
“Het heeft veel inzichten opgeleverd, vooral door te vragen wat mensen met een beperking er zelf van vonden. Moeten zij persé met mensen zonder beperking in contact zijn? Vanuit de inclusiegedachte willen we allemaal heel veel, maar dat kan en hoeft niet altijd. Met die reflectie zijn we doorlopend bezig. Sociale inclusie is een van onze hoofdthema’s, ook bijvoorbeeld in de visie van de VGN, onze brancheorganisatie.”
Het project won de Gehandicaptenzorgprijs. Hoe zijn jullie daarna verder gegaan?
Frederike: “Wij hoorden natuurlijk van het project van Aveleijn en Concordia. Als museum zijn we ook bezig met inclusie. We zijn een museum voor iedereen, ook bijvoorbeeld voor mensen met een visuele beperking, dementie, autisme. Mensen met een verstandelijke beperking willen we ook graag een mooie museumervaring bieden.
Ellen: “Dat willen wij ook. Cliënten van ons zijn veel met kunst bezig, ze schilderen of boetseren, maar ze komen niet snel in een museum. Je gaat niet zomaar alleen, het kost geld en niet elk museum is toegankelijk voor mensen met een beperking, terwijl kunst voor iedereen waardevol kan zijn. De website naareenmuseum.nl legt op eenvoudige manier uit wat een museum is en hoe het werkt. Dat kan goed helpen. Als ze dan gaan, vinden ze het vaak fantastisch. We moeten de drempels wegnemen.”
Frederike: “In de zomerperiode en ook in het kader van de Week van de inclusie/toegankelijkheid hebben we speciale rondleidingen georganiseerd voor mensen met en zonder een verstandelijke beperking. Juist de ontmoeting tussen mensen vinden wij belangrijk. Bij deze inclusieve ontmoetingen gingen bezoekers met elkaar in gesprek over kunst. We hebben onderzocht wat zorgde een gelijkwaardig gesprek. De een weet meer van kunst af dan de ander. Uiteindelijk was een waardevolle methode om dit te faciliteren Visual Thinking Strategies (VTS)”.
Visual Thinking Strategies, wat is dat?
Frederike: “Met VTS laat je mensen vertellen wat ze zien aan de hand van drie vragen: Wat gebeurt er in dit kunstwerk? Waaraan zie je dat? En wat kunnen we nog meer ontdekken? Deze vragen kan iedereen beantwoorden, ongeacht je leeftijd of cognitieve vaardigheden. De methode zorgt ervoor dat je open leert staan voor de antwoorden van een ander. Zo vlak je de verschillen af en leer je echt van elkaar. Dat zorgde voor bijzondere ervaringen en persoonlijke gesprekken bij de duo’s.”
Ellen: “Toch is het niet makkelijk om elkaar op deze manier te ontmoeten. Het ongemak zit vooral aan de kant van de mensen zonder verstandelijke beperking. Ze vinden het vaak spannend. Doe ik het wel goed? Hoe kan ik respectvol met de ander omgaan? Je moet de ander echt aanvoelen op dat moment. We hebben toch weinig ervaring in het omgaan met mensen die zo verschillend van je zijn. Mensen komen elkaar minder tegen, leven in hun eigen bubbel.”
Welke rol kan kunst hebben in het verbinden?
Frederike: “Kunst is een aanjager voor een gesprek. Het spreekt op een ander niveau aan, er gebeurt iets bij je binnen en daardoor heb je gespreksstof. In elke expositie zit wel iets dat je kan gebruiken. Het effect is alleen moeilijk meetbaar, maar wij ervaren en zien iedere dag wat het brengt. Dit soort methodes kunnen daar heel goed bij helpen.”
“We willen nog veel meer doen voor verschillende doelgroepen. Prikkelvrije ochtenden, speciale rondleidingen, dit soort gesprekken. Alles wat we doen, doen we samen met de doelgroep. We hebben een scan laten doen, waarbij we heel kritisch werden bekeken. Wat moeten we anders doen? Ervaringsdeskundigen met een visuele beperking kwamen bijvoorbeeld met heel veel nuttige feedback die we hebben doorgevoerd. En zo worden we steeds meer een museum voor iedereen, zoals het oorspronkelijk bedoeld was toen het museum werd opgericht.”